Cassatieprocedure in strafzaken


De strafkamer van de Hoge Raad spreekt recht in zaken op het gebied van het strafrecht. Deze kamer behandelt ook uitleveringen en herzieningszaken.

De procedure

Cassatie tegen een uitspraak van een gerechtshof moet worden ingesteld door een verklaring, afgelegd op de griffie van het gerechtshof dat de uitspraak deed. In strafzaken mag de verdachte zelf beroep in cassatie instellen. Hij kan dit ook door een advocaat of een gemachtigde laten doen. De griffier van het gerechtshof dat de uitspraak deed, stuurt de verklaring samen met de processtukken door naar de Hoge Raad.

Schriftuur

Als de Hoge Raad de processtukken (het strafdossier) van het gerechtshof heeft ontvangen, stuurt hij een bericht aan de verdachte en – als dat van toepassing is – aan de vertegenwoordiger van de verdachte. In dit bericht staat dat er een cassatieschriftuur moet worden ingediend door een advocaat.

In de schriftuur moet worden uitgelegd waarom de uitspraak van het gerechtshof moet worden vernietigd.

Wanneer er geen schriftuur door een advocaat wordt ingediend, is de zaak niet-ontvankelijk. Dat wil zeggen dat de Hoge Raad de zaak niet inhoudelijk behandelt.

Advocaat is verplicht

Na het instellen van het cassatieberoep, is procesvertegenwoordiging verplicht in alle strafrechtelijke cassatieprocedures. Tijdens de hele verdere procedure moet de betrokkene zich dus laten vertegenwoordigen door een advocaat. In strafzaken kan iedere advocaat die in Nederland is ingeschreven voor de verdachte optreden.

Wettelijke termijnen

Het instellen van cassatieberoep is gebonden aan wettelijke termijnen. De algemene regel voor het instellen van cassatieberoep in strafzaken is dat dit binnen veertien dagen na de einduitspraak van het gerechtshof moet gebeuren.

Als het cassatieberoep niet binnen de wettelijke termijnen wordt ingediend, is het cassatieberoep niet-ontvankelijk. De Hoge Raad kan de zaak dan niet inhoudelijk behandelen. De aangevochten uitspraak van het gerechtshof wordt definitief.

Regeling

De wettelijke regeling van de cassatieprocedure in strafzaken staat in de artikelen 427-448 van het Wetboek van Strafvordering.

Kosten van de procedure

Wanneer de verdachte kan aantonen dat hij niet over voldoende financiële middelen beschikt om een advocaat te betalen, kan hij in aanmerking komen voor gesubsidieerde rechtsbijstand. De Raad voor Rechtsbijstand onderzoekt of een verdachte voor toewijzing van een advocaat in aanmerking komt. Onder voorwaarden verleent de Raad voor Rechtsbijstand een toevoeging.

In strafzaken is geen griffierecht verschuldigd.

Gemiddelde doorlooptijd

In strafzaken is de gemiddelde doorlooptijd ongeveer 250 kalenderdagen. Dat is de tijd die verstrijkt tussen de datum waarop het strafdossier van het gerechtshof is ontvangen en de datum van uitspraak.

Informatie over het jaarlijks aantal ingekomen en afgedane zaken is te vinden in het Jaarverslag van de Hoge Raad.


Slachtofferinformatie

U bent slachtoffer van een misdrijf of ongeluk. Of u bent nabestaande van een slachtoffer. Dan kunt u hulp krijgen.