Zoeken
De door de gerechtshoven Den Haag en Amsterdam gegeven vrijspraken van voortzetting van de werkzaamheid van een verboden organisatie, door het in het openbaar dragen van kleding van lokale afdelingen (‘chapters’) van de Bandidos, kunnen niet in stand blijven. Dat adviseert advocaat-generaal (AG) Paridaens de Hoge Raad in twee conclusies van vandaag.
De Hoge Raad heeft vandaag uitspraak gedaan in een aantal strafzaken tegen demonstranten. De verdachten in die zaken hebben cassatie ingesteld tegen hun veroordeling. De Hoge Raad heeft beoordeeld of in de beslissingen van de gerechtshoven over die zaken het recht van de verdachten op vrijheid van meningsuiting en op vrijheid van vreedzame vergadering is gerespecteerd. Die rechten zijn vastgelegd in (artikel 10 en artikel 11 van) het Europees Verdrag ter bescherming van de rechten van de mens (EVRM). Bij de beoordeling of die rechten zijn geschonden, heeft de Hoge Raad gewezen op de rechtspraak daarover van het Europees Hof voor de rechten van de mens (EHRM). Die rechtspraak houdt onder meer in dat strafrechtelijk optreden tegen demonstraties niet zo ingrijpend mag zijn dat daarvan een ‘chilling effect’ uitgaat op anderen die vreedzaam willen demonstreren.
De wettelijke bepalingen over de arbeidskorting zijn in strijd met het discriminatieverbod in mensenrechtenverdragen doordat een Werkhervattingsuitkering Gedeeltelijk Arbeidsongeschikten (hierna: WGA-uitkering) die rechtstreeks van het UWV wordt ontvangen niet meetelt voor de berekening van de arbeidskorting, terwijl een WGA-uitkering die via de werkgever wordt ontvangen, wel daarvoor meetelt. Dat heeft de Hoge Raad in een uitspraak van vandaag geoordeeld. De Hoge Raad biedt zelf geen rechtsherstel omdat hij vindt dat dit op de weg van de wetgever ligt.
Een koopovereenkomst die in strijd met de zogenoemde Didam-regels is gesloten, is niet om die reden ongeldig. Wel handelt een overheidslichaam dan in beginsel onrechtmatig jegens een (potentiële) gegadigde die ten onrechte geen gelijke kans heeft gekregen. Daarmee kan schadevergoeding op haar plaats zijn. Dat heeft de Hoge Raad vandaag geoordeeld. Verder maakt de Hoge Raad duidelijk dat de regels over het bieden van gelijke kansen ook al golden voorafgaand aan het Didam-arrest van 2021.
De veroordeling van een journalist die een nepbom achterliet in de kantine van een legerplaats blijft in stand. Dat heeft de Hoge Raad vandaag geoordeeld.
De uitspraak van het gerechtshof Den Haag dat de Nederlandse Staat (hierna: de Staat) een einde moet maken aan de uitvoer van F-35-onderdelen naar Israël, kan in stand blijven. Dat adviseert advocaat-generaal (AG) Vlas de Hoge Raad in zijn conclusie van vandaag. Het hof heeft volgens de AG kunnen oordelen dat er een duidelijk risico bestaat dat met de F-35-gevechtsvliegtuigen van Israël ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht worden gepleegd in de Gazastrook. Op grond van verschillende internationale regelingen waarbij Nederland partij is, moet de uitvoer van militaire goederen worden verboden als er zo’n duidelijk risico is.
The Hague Court of Appeal’s ruling that the State of the Netherlands (hereinafter the “State”) must cease exports of F-35 parts to Israel can be upheld. That is the recommendation given by Advocate General Vlas to the Supreme Court in the opinion he delivered today. According to the Advocate General, the Court of Appeal was justified in finding that there is a clear risk that Israel’s F-35 fighter jets are being used to commit serious violations of international humanitarian law in the Gaza Strip. Under various international regulations to which the Netherlands is a party, exports of military goods must be banned if such a clear risk exists.
Een huurprijswijzigingsbeding dat voorziet in een jaarlijks toe te passen opslag op de huurprijs van maximaal 3% bovenop de consumentenprijsindex, is in het algemeen niet een oneerlijk beding. Dat heeft de Hoge Raad vandaag geoordeeld naar aanleiding van zogenoemde prejudiciële vragen van de rechtbank Amsterdam. Volgens de Hoge Raad moet het huurprijswijzigingsbeding worden gesplitst in een indexatiebeding en een opslagbeding. Alleen het opslagbeding staat ter discussie.
De ministerraad heeft vandaag ingestemd met de benoeming van B.P.M. (Bruno) van Ravels als raadsheer in buitengewone dienst bij de Hoge Raad.
Een man die zijn vrouw om het leven bracht en door de strafrechter ontoerekeningsvatbaar is verklaard, kan in de bijzondere omstandigheden van dit geval geen aanspraak maken op haar nalatenschap. Dat heeft de Hoge Raad vandaag geoordeeld.