Advies AG aan Hoge Raad: veroordeling van voormalig Statenlid van Sint Maarten voor omkoping kan in stand blijven
De veroordeling van een voormalig Statenlid van Sint Maarten voor ambtelijke omkoping kan in stand blijven. Dat adviseert advocaat-generaal (AG) Sinnige de Hoge Raad in haar conclusie van vandaag.
De zaak
De verdachte is de oprichter en leider van de politieke partij United Sint Maarten Party (USP) en was tot 2021 parlementslid van Sint Maarten. Het Gemeenschappelijk Hof heeft vastgesteld dat de verdachte in zijn hoedanigheid van Statenlid in de periode van december 2013 tot en met september 2018 steekpenningen heeft aangenomen in verband met de aankoop van een gebouw voor het overheidsorgaan Bureau Telecommunicatie en Post (BTP) en onderhouds- en renovatiewerkzaamheden. Ook heeft hij volgens het Hof in de periode van september 2013 tot en met september 2019, als indirect aandeelhouder van Actis financieel voordeel genoten van een nummerplanbeheercontract tussen Actis en BTP, terwijl hij op dat moment Statenlid was en lid was van de vaste parlementaire commissie Toerisme, Economische zaken, Transport en Telecommunicatie. In die positie had hij (ten dele) het toezicht over het functioneren van BTP.
Het Hof veroordeelde de verdachte voor (passieve ambtelijke) omkoping en voor het deelnemen aan aannemingen of leveranties waarover hem op het tijdstip van de handeling geheel of ten dele het bestuur of toezicht is opgedragen. Het Hof legde de verdachte 19 maanden gevangenisstraf op en heeft hem ontzet van het recht verkozen te worden tot lid van algemeen vertegenwoordigde organen voor de duur van vijf jaar.
De verdachte stelde tegen deze uitspraak beroep in cassatie in bij de Hoge Raad.
Cassatie(klachten)
De advocaat van de verdachte vraagt de Hoge Raad de uitspraak van het hof te vernietigen en heeft verschillende cassatieklachten ingediend. Er wordt onder meer geklaagd over de bewezenverklaring van ambtelijke omkoping. Ook wordt geklaagd over het oordeel van het Hof dat de verdachte geheel of ten dele het bestuur of toezicht was opgedragen over het nummerplanbeheercontract tussen Actis en BTP. Voorts wordt geklaagd over de duur van de opgelegde ontzetting van het recht om verkozen te worden.
Advies AG
De AG is van mening dat de cassatieklachten niet kunnen slagen.
Volgens de AG heeft het hof tot een bewezenverklaring van ambtelijke omkoping kunnen komen. Het Hof heeft verder op goede gronden geoordeeld dat de verdachte als Statenlid en als lid van de parlementaire commissie ten dele het toezicht was opgedragen over het contract tussen Actis en BTP. De AG acht de bewezenverklaring van beide strafbare feiten toereikend gemotiveerd.
Wat de opgelegde straf betreft staat volgens de AG voorop dat de feitenrechter beschikt over een ruime straftoemetingsvrijheid. De beslissing over de straftoemeting wordt in sterke mate bepaald door de omstandigheden van het geval en de persoon van de verdachte. Het Hof heeft de verdachte ontzet van het recht om verkozen te worden voor de duur van vijf jaar. Dat is langer dan door het Gerecht in eerste aanleg is opgelegd en door de procureur-generaal is gevorderd. Het Hof heeft volgens de AG voldoende tot uitdrukking gebracht waarom het Hof tot een langere duur van de ontzetting uit het hiervoor bedoelde recht is gekomen.
De AG adviseert de Hoge Raad de uitspraak van het Hof in stand te laten.
Uitspraak Hoge Raad
De uitspraak van de Hoge Raad is (voorlopig) bepaald op 2 december 2025.
Het advies, een zogenoemde conclusie, van de AG is een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad, die vrij is dat al dan niet te volgen. De AG is lid van het parket bij de Hoge Raad. Het parket bij de Hoge Raad is een zelfstandig, onafhankelijk onderdeel van de rechterlijke organisatie. Het behoort niet tot het Openbaar Ministerie.