Advies AG aan Hoge Raad: veroordelingen wegens poging bevrijding gevangene en voorbereiding kaping helikopter in stand laten

9 februari 2021

De veroordelingen van negen verdachten wegens betrokkenheid bij de poging tot bevrijding van een gevangene uit de Penitentiaire Inrichting (P.I.) Roermond op 11 oktober 2017 en de voorbereiding van de kaping van een helikopter om die bevrijding te realiseren kunnen in stand blijven. Dat adviseert advocaat-generaal (AG) Bleichrodt de Hoge Raad in zijn conclusies van vandaag.

De zaak

Tien verdachten hadden het voornemen om een gevangene die was veroordeeld tot twaalf jaar gevangenisstraf uit de P.I. Roermond te bevrijden met behulp van een gekaapte helikopter, die zou worden bestuurd door een daarvoor speciaal uit Colombia overgekomen helikopterpiloot.
Een van de verdachten die zich als iemand anders voordeed had daartoe een helikopter geboekt. Een medewerker van het helikopterverhuurbedrijf kreeg argwaan en belde daarop met de politie. De politie startte een onderzoek en deed zich voor als een medewerker van het bedrijf, luisterde telefoons af, verrichte observaties, plaatste bakens onder auto’s en zette andere opsporingsmiddelen in. Uiteindelijk greep de politie in, nog voordat de verdachten een week later in de helikopter stapten. Een verdachte kwam om het leven bij de vluchtpoging voor de politie. De verdachten werden door het Openbaar Ministerie vervolgd voor onder meer poging tot kaping (van de helikopter) en een poging tot bevrijding (van de gevangene).

Uitspraak rechtbank en gerechtshof

De rechtbank oordeelde dat door het vroegtijdig ingrijpen door de politie nog geen sprake was van zogenoemde uitvoeringshandelingen voor de bevrijding, hetgeen vrijspraak van de poging tot bevrijding van de gevangene tot gevolg had. Het gerechtshof oordeelde anders. Het gerechtshof achtte met name van belang dat de verdachten een langere periode bezig zijn geweest de daadwerkelijke bevrijding van de gevangene te bewerkstelligen. Het hof veroordeelde zes verdachten onder meer voor het medeplegen van de voorbereiding van de kaping en de poging tot bevrijding van de gevangene. Drie verdachten zijn veroordeeld voor medeplichtigheid hieraan. Het hof legde gevangenisstraffen op variërend van zes tot één jaar. De negen verdachten stelden tegen de uitspraak van het hof beroep in cassatie in.

Cassatie(klachten)

De advocaten van de verdachten vragen de Hoge Raad de veroordelingen te vernietigen. Er zijn in de zaken verschillende cassatieklachten naar voren gebracht. De klachten zien onder meer op het bewijs van de strafbare poging tot bevrijding van de gevangene. Volgens de advocaten staan de gedragingen van de verdachten te ver af van de daadwerkelijke bevrijding om van een begin van uitvoering en dus van een strafbare poging te kunnen spreken.

Advies AG

De AG is van mening dat deze cassatieklacht niet slaagt. Het hof oordeelde dat de voorgenomen bevrijdingsactie een sterk planmatig karakter had, dat enkel kans van slagen kon hebben als verschillende verdachten op verschillende momenten en plaatsen actie ondernamen en dat aan die gedragingen ook uitvoering is gegeven. Het sluitstuk van de bevrijdingsactie zou plaatsvinden binnen een zeer kort tijdsbestek, na de aankomst van een verdachte bij de vertreklocatie van de helikopter. Deze is daar negen minuten vóór aanvang van de luchttijd van de gevangene aangehouden. Rond die tijd stonden ook gestolen vluchtauto’s met onder meer wapens en kraaienpoten klaar op de locaties die bij de voorgenomen kaping en bevrijding belangrijk waren. De AG is van mening dat het hof in dit geval heeft kunnen oordelen dat sprake was van een strafbare poging.

Ook de andere cassatieklachten slagen volgens de AG niet. Hij adviseert de Hoge Raad dan ook de veroordelingen in stand te laten.

Uitspraak Hoge Raad

De uitspraak van de Hoge Raad is voorlopig bepaald op 30 maart 2021.

De conclusie van de advocaat-generaal is een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad, die vrij is dat advies al dan niet te volgen. De advocaat-generaal maakt deel uit van het parket bij de Hoge Raad. Het parket bij de Hoge Raad is een zelfstandig, onafhankelijk onderdeel van de rechterlijke organisatie. Het behoort niet tot het Openbaar Ministerie.

Publicatie op rechtspraak.nl

ECLI:NL:PHR:2021:111

Samenhangende zaken:
ECLI:NL:PHR:2021:109
ECLI:NL:PHR:2021:114                  
ECLI:NL:PHR:2021:112                  
ECLI:NL:PHR:2021:119                  
ECLI:NL:PHR:2021:121                  
ECLI:NL:PHR:2021:117                 
ECLI:NL:PHR:2021:110                  
ECLI:NL:PHR:2021:118