Advies AG aan Hoge Raad: veroordelingen in zaak ‘dodelijke woningoverval Gees’ in stand laten

24 november 2020

De veroordelingen van twee mannen wegens strafbare betrokkenheid bij een woningoverval met fatale afloop in Gees in juni 2016, kunnen in stand blijven. Dat adviseert advocaat-generaal (AG) Paridaens de Hoge Raad in haar conclusies van vandaag.

De zaak

Op 30 juni 2016 vond een woningoverval plaats in Gees. Tijdens de overval is zeer heftig geweld gebruikt tegen de 69-jarige mannelijke bewoner, die vastgebonden is achtergelaten en als gevolg van dat geweld is komen te overlijden. De vrouwelijke bewoonster is door één van de verdachten gedwongen om door de woning mee te lopen om de kluizen aan te wijzen. Nadat alles uit de kluizen is gehaald, is zij in de badkamer eveneens vastgebonden en achtergelaten.

Er werden vier verdachten aangehouden en door het Openbaar Ministerie (OM) vervolgd wegens strafbare betrokkenheid bij de overval. Twee verdachten werden door het hof veroordeeld tot 13 jaar gevangenisstraf en één verdachte tot 10 jaar gevangenisstraf en tbs. De zaak tegen een vierde verdachte is door het hof teruggewezen naar de rechtbank. De andere drie verdachten stelden beroep in cassatie in bij de Hoge Raad. De zaak tegen een van de twee verdachten die 13 jaar gevangenisstraf kreeg opgelegd, is in cassatie ingetrokken. Die veroordeling is daarmee onherroepelijk.

Cassatie(middelen)

In de cassatieprocedure vragen de advocaten van de twee verdachten de Hoge Raad de veroordelingen te vernietigen.

In de zaak tegen de verdachte die werd veroordeeld tot dertien jaar gevangenisstraf is onder meer geklaagd over het bewijs voor het bewezenverklaarde medeplegen van gekwalificeerde doodslag. Dat bewijs zou tekortschieten en uit het bewijs zou niet volgen dat de verdachte aanwezig was toen de mannelijke bewoner door een medeverdachte werd geschopt en geslagen en ook niet dat hij zelf de man tweemaal heeft geslagen.

In de zaak tegen de verdachte die tien jaar celstraf en tbs kreeg opgelegd wordt onder meer geklaagd over het opleggen van de tbs-maatregel. Op de zitting zou daarover niet uitdrukkelijk zijn gesproken en ook is de tbs-maatregel niet door het OM in hoger beroep gevorderd.

Advies AG

In de eerste zaak is de AG van mening dat de verdachte weliswaar met de vrouwelijke bewoonster door het huis is gelopen om de kluizen leeg te halen, maar dat uit de bewijsmiddelen ook volgt dat hij voor die tijd aanwezig was in de slaapkamer toen daar de mannelijke bewoner door een medeverdachte werd geschopt en geslagen en hij de man zelf tweemaal heeft geslagen. Bij het openen van de slaapkamerdeur trof de vrouwelijke bewoonster haar partner al erg toegetakeld aan, terwijl hij vastgebonden op de grond lag en door een andere medeverdachte met een vuurwapen onder schot werd gehouden, waarna zij door de verdachte werd gedwongen de kluizen aan te wijzen.

In de andere zaak stelt de AG zich op het standpunt dat uit de wet niet volgt dat een tbs-maatregel alleen mag worden opgelegd na vordering daarvan door het OM of wanneer deze uitdrukkelijk op de zitting ter sprake is gebracht. Wel moet de oplegging van de tbs-maatregel aan de vereisten daarvoor voldoen en goed worden gemotiveerd. De AG constateert dat uit de besprekingen op de zitting kan worden afgeleid dat de verdachte moet hebben geweten dat in zijn zaak de vraag speelde of een tbs-maatregel zou kunnen en moeten worden opgelegd. Ondanks dat het OM de maatregel niet heeft gevorderd, is de beslissing van het hof niet in strijd met de wet en voldoende gemotiveerd.

In beide zaken is aangevoerd dat het OM de zaak niet had mogen vervolgen omdat de officier van justitie heeft geprobeerd de rechter te misleiden. De AG is van mening dat het oordeel van het hof dat van misleiding geen sprake was, in stand kan blijven.

De AG adviseert de Hoge Raad de veroordelingen in stand te laten.

Uitspraak Hoge Raad

De uitspraak van de Hoge Raad is voorlopig bepaald op 26 januari 2021.

De conclusie van de advocaat-generaal is een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad, die vrij is dat advies al dan niet te volgen. De advocaat-generaal maakt deel uit van het parket bij de Hoge Raad. Het parket bij de Hoge Raad is een zelfstandig, onafhankelijk onderdeel van de rechterlijke organisatie. Het behoort niet tot het Openbaar Ministerie.

Uitspraken op rechtspraak.nl

ECLI:NL:PHR:2020:1111

ECLI:NL:PHR:2020:1112