Veroordeling wegens mishandeling door sliding tackle tijdens amateurvoetbalwedstrijd blijft in stand

25 september 2018

De veroordeling van een man wegens mishandeling met zwaar lichamelijk letsel tot gevolg door een sliding tackle tijdens een amateurvoetbalwedstrijd in Schoonhoven blijft in stand. Dat oordeelt de Hoge Raad vandaag.

Op 30 november 2014 vond in Schoonhoven een amateurvoetbalwedstrijd plaats tussen VV Schoonhoven en De Zwervers CCV. Tijdens deze wedstrijd maakte een speler van De Zwervers CCV een sliding op een van zijn tegenspelers. Deze tegenspeler liep hierdoor een dubbele beenbreuk en een scheurtje in zijn enkel op. De speler van De Zwervers kreeg in de tuchtrechtelijke procedure van de KNVB een schorsing van vier maanden opgelegd wegens ernstig gemeen spel. Ook werd hij strafrechtelijk vervolgd. Het gerechtshof Den Haag veroordeelde hem in hoger beroep tot een taakstraf van 100 uur voor mishandeling met zwaar lichamelijk letsel tot gevolg. De verdachte stelde tegen deze veroordeling beroep in cassatie in.

In cassatie wordt onder meer geklaagd over de bewijsvoering van het hof op het punt van het (voorwaardelijk) opzet op mishandeling.

Het gerechtshof heeft vastgesteld dat de verdachte tijdens de wedstrijd zijn actie - de sliding - heeft ingezet toen hij zich schuin achter en in de onmiddellijke nabijheid van zijn tegenspeler, het latere slachtoffer, bevond. Hij had daarbij geen ruimte en gelegenheid te glijden waardoor hij zowel de bal als de man speelde. Het gerechtshof oordeelde dat de verdachte met deze actie bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat het slachtoffer door de actie van de verdachte geraakt zou worden, ten val zou komen en daardoor pijn of letsel zou worden toegebracht. De Hoge Raad vindt dit oordeel van het hof niet onbegrijpelijk en ook voldoende gemotiveerd. Dat de actie werd uitgevoerd in een sportsituatie, staat in deze zaak ook niet aan een veroordeling in de weg.

Ook de overige cassatieklachten geven geen aanleiding tot vernietiging van de uitspraak. De veroordeling blijft daarom in stand.

Uitspraak

ECLI:NL:HR:2018:1769