Profielen en samenstelling drie kamers


Ten aanzien van de samenstelling van ieder van de kamers van de Hoge Raad geldt een aantal eisen waaraan bij voorkeur wordt voldaan. Bij elke kamer bestaat aandacht voor een evenwichtige samenstelling, onder andere wat betreft leeftijd en geslacht, en voor de aanwezigheid van managementvaardigheden. Hiernaast geldt voor elke kamer de eis van een zekere spreiding naar beroepsachtergrond en van een voldoende aanwezigheid van specialistische en generalistische kennis.

De civiele kamer

Iedere raadsheer in de civiele kamer beschikt over een brede kennis van het burgerlijk recht. In de kamer moet voorts bij voldoende leden brede kennis aanwezig zijn van het burgerlijke procesrecht. Hiernaast dient in voldoende mate kennis te bestaan van het Europees recht (EU-recht en EVRM) en het internationaal recht. Tot slot is van belang dat de burgerlijke rechter als zogenoemde restrechter zaken behandelt die niet behoren tot de bevoegdheid van andere rechters (art. 112 Grondwet). Dat brengt mee dat de burgerlijke rechter soms ook moet oordelen over vragen van bestuursrecht, belastingrecht en strafrecht. Ook hiertoe dient de benodigde kennis in de civiele kamer te bestaan. Op deelterreinen, mits deze groot genoeg zijn en specialisatie dus lonend is, dient specialistische kennis aanwezig te zijn.

De civiele kamer streeft naar een evenwichtig samenstelling, met leden die afkomstig zijn uit met name de rechterlijke macht, de advocatuur en de wetenschap. De niet uit de rechterlijke macht afkomstige leden hebben bij voorkeur ervaring met het voeren van procedures of het schrijven van uitspraken.

De strafkamer

De strafkamer heeft specialisten op strafrechtelijk terrein, waarbij in het bijzonder deskundigheid aanwezig dient te zijn op de gebieden materieel strafrecht, strafprocesrecht, bijzonder strafrecht, Europees recht (EU-recht en EVRM) en internationaal strafrecht. Daarnaast bestaat ook behoefte aan meer generalistisch ingestelde collega’s met ook kennis van civiel recht, bestuursrecht en fiscaal recht.

De strafkamer is bij voorkeur evenwichtig samengesteld uit leden die afkomstig zijn uit de rechterlijke macht, de wetenschap, het Openbaar Ministerie en de advocatuur.

De belastingkamer

De belastingkamer heeft algemeen fiscaal georiënteerde juristen en juristen die in het bijzonder deskundig zijn op een bepaald belastingterrein, met name vennootschapsbelasting, omzetbelasting, belastingen van lagere overheden en douanerecht. Daarnaast bestaat ook behoefte aan raadsheren, al dan niet met een fiscale achtergrond, die uitmunten in het algemene bestuursrecht en het Europese recht (EU-recht en EVRM). Vanwege de vele raakpunten met het civiele recht en het strafrecht is voorts ook kennis van deze rechtsgebieden gewenst.

De belastingkamer is bij voorkeur evenwichtig samengesteld uit leden die afkomstig zijn uit de rechterlijke macht en de belastingadviespraktijk. Daarnaast wordt gestreefd naar deelname door juristen met ruime wetenschappelijke ervaring en naar juristen met werkervaring bij de belastingdienst of het ministerie van financiën.